De diagnose psoriasis wordt met het blote oog gesteld. De huisarts kan meestal de diagnose psoriasis stellen. In geval van twijfel zal de huisarts naar de dermatoloog verwijzen. In de lichaamsplooien is psoriasis soms moeilijk te herkennen. Op het behaarde deel van het hoofd kan het lijken op seborrhoïsch eczeem. Op de handen lijkt het wel eens op chronisch eczeem.
Er zijn 2 kenmerken die wijzen op psoriasis: het kaarsvetfenomeen en het teken van Auspitz. Het kaarsvetfenomeen wordt uitgelokt door met een spatel over de psoriasis plek te krabben. Als de opperste laag van de huid witter wordt, dan is men bijna zeker dat het om psoriasis gaat.
Bij het teken van Auspitz wordt door het langer krabben met een spatel een vochtig rood oppervlak gezien met daarin puntvormige bloedingen. De oorzaak hiervan is dat de bloedvaatjes bij psoriasis zeer dicht onder de huid liggen en dus snel kapot gekrabd worden.
In geval van twijfel wordt een biopsie verricht. Dan wordt met een appelboortje, na het verdoven van de huid, een weefselmonster afgenomen. De patholoog kan dan kijken of de afwijkingen passen bij psoriasis.
Soms is het nodig om bijkomende testen te doen om huid- en nagelziekten, die op psoriasis lijken, uit te sluiten. Bijvoorbeeld een nagelkweek bij psoriasis van de nagels, of een schimmelkweekje bij psoriasis inversa.
Psoriasis kan niet worden aangetoond met een bloedonderzoek.